fagot
De fagot is een houten blaasinstrument met dubbelriet in tenor- en basligging, dat wordt ingedeeld bij de houtblazers. Het instrument bestaat uit een lange (houten) buis met een licht conische boring. Omwille van de hanteerbaarheid is de buis 'dubbelgevouwen', een bouwwijze waaraan de fagot zijn naam dankt: het Italiaanse "fagotto" betekent (takken)bundel. (Ook in het Frans is de betekenis "bundel" of "takkenbos", vandaar dat sommige Vlaamse componisten weleens voor "takkenbos" schreven.) De klank van de fagot is uiterst karakteristiek: in de lage tonen enigszins grof en korrelig, in het middenregister gelijkend op die van de hoorn en in de hoogte nadert de toon die van de cello, altviool of menselijke tenorstem.
saxofoon
Een saxofoon, kortweg sax, is een blaasinstrument met een conische, meestal S-vormige buis, die voorzien is van kleppen. De saxofoon wordt niet tot de koperblazers gerekend, maar zoals alle riet-blaasinstrumenten tot de houtblazers. Saxofoons hebben een conische boring – ze worden van het mondstuk naar het bekeruiteinde toe breder. Het riet begint te trillen bij het blazen, zo ontstaat het geluid dat daarna door het andere deel van het instrument gaat. De drie grote delen van de saxofoon zijn het mondstuk, de hals en het klankgat.